Daags na de groepsfase van het WK, is het tijd om een tussenbalans op te maken. Er zullen weinig mensen zijn die achter de naam ‘Costa Rica’ een ééntje geplaatst hebben, of achter de naam van Spanje een drietje. Of wie zou gedacht hebben dat Algerije door zou gaan in de poule, ten koste van Rusland? Deze verrassingen zijn echter allemaal te verklaren, wanneer we de schotcijfers erbij pakken.
Noot: de gegevens komen van WhoScored en in het onderzoek zijn eigen doelpunten buiten beschouwing gelaten (deze worden niet als schot gerekend).
Het WK van de scherpschutters
“Je moet schieten, anders kun je niet scoren”. Een bekende uitspraak van Johan Cruijff, die op dit WK niet van toepassing is; van de tien landen die dit wereldkampioenschap het vaakst schoten, zijn er maar liefst zes die onder het gemiddelde van 4,25 goals per land bleven. Daarnaast gingen er van deze tien landen al vijf in de eerste ronde naar huis. Het loont dit WK dus niet per definitie om enorm veel pogingen te ondernemen.
Wat wel opvalt, is dat de landen die het hoogste rendement uit hun schoten halen, de beste prestaties op de mat leggen. Wanneer je het aantal schoten op doel afzet tegen het totale aantal schoten, valt op dat van de tien landen met het hoogste ‘rendement’, er acht doorgaan naar de tweede ronde. Zes van deze acht landen sloten de poulefase zelfs af als groepshoofd. Tevens zijn er zeven landen die ruim boven het gemiddelde van 4,25 goals zitten als we kijken naar gescoorde doelpunten.
Eén op de tien schoten treft doel
Zit er dan toch geen kern van waarheid in de uitspraak van Cruijff? Zeker wel: gemiddeld treft dit WK één op de tien schoten (10,59%) doel. Wanneer we de landen erbij pakken die het vaakst hebben gescoord, zeg meer dan vijf keer, zien we dat alleen Argentinië onder dit percentage zit. Messi en consorten schoten dit WK in totaal 51 maal, maar wisten slechts vijf goals te maken, een percentage van 9,80%.
Wat dat betreft doen ‘onze’ Arjen Robben en Robin van Persie het toch wat beter: van de 41 schoten die het Nederlands Elftal tot nu toe loste op het WK, troffen er tien daadwerkelijk doel. Dit komt neer op een percentage van maar liefst 24,39%, het hoogste van alle landen. Ter vergelijking: Kameroen schoot dit WK één keer meer dan Nederland, maar wist hier slechts één goal uit te maken.
Het valt dus op dat landen als Costa Rica zowel in tabel 1 als in tabel 2 hoog genoteerd staan. Op basis van deze cijfers kunnen we dus concluderen dat beide landen héél erg scherp met hun kansen omgaan. Statistisch gezien is hun kwalificatie voor de volgende ronde dus méér dan terecht.
“Het percentage schoten op doel ligt bij Oranje extreem hoog..”
Wanneer we deze cijfers grafisch weergeven, valt op dat Nederland ‘de vreemde eend in de bijt’ is. Waar de meeste landen maximaal 45% van hun schoten óp doel loste, ligt dit percentage bij Nederland extreem hoog. Tevens werd maximaal 20% van de schoten gepromoveerd tot doelpunt, een percentage dat bij Nederland tegen de 25% is.
Maar hoe kunnen we dan verklaren dat Spanje niet doorging in de poule? Simpel: de kansen werden niet benut. Procentueel gezien verschillen Spanje en Chili niet heel erg veel als het aankomt op schotpercentage. Gemiddeld gezien gaan ongeveer 40% van de Spaanse schoten richting doel, net zoals bij de Chilenen. Echter: Chili promoveert 20% van deze schoten tot doelpunt, terwijl dit bij Spanje slechts 10% is. Anders gezegd: wanneer Chili op goal schiet, is de kans twee keer zo groot dat dit een doelpunt oplevert als bij Spanje.
Laat Colombia niet schieten
Natuurlijk gaat het vrij ver om het falen van Spanje alleen toe te wijzen aan het missen van schoten. Zo schutterde de verdediging enkele keren opzichtig en werd het middenveld overlopen op momenten dat het er echt moest staan. Echter, ook de keepers van de tegenstanders werkten behoorlijk tegen; van de veertien schoten die de Spanjaarden losten, troffen er slechts vier doel, een percentage van 28,57%. Zelfs Australië deed het wat dat betreft beter, met een rendement van 37,50%.
In de volgende grafiek wordt duidelijk dat het ‘torinstinct’ bij Chili groter was dan bij Spanje. In precies 50% van de gevallen dat een Chileen de bal tussen de palen schoot, werd deze poging gepromoveerd tot goal. De lijst wordt aangevoerd door de Colombianen. Zelfs zonder ‘scherpschutter’ Radamel Falcao leverden negen van de zestien schoten op goal een doelpunt op. Ook Algerije staat weer verrassend hoog in de lijst, met zes uit twaalf. Nederland staat zesde, met een rendement van 43,48%.
Rendement is een enorm toverwoord in de voetbalwereld: hoeveel goals maak je uit een bepaalde hoeveelheid schoten? Daar waar de een meer moeite heeft om het net te vinden (slechts één van de 42 schoten van Kameroen leverde een goal op), vindt de ander het netje met gemak. Door dit WK een hoog rendement te halen, vergroot je je kansen op de volgende ronde aanzienlijk. Echter hoeft een laag rendement niet altijd te betekenen dat je kansloos bent voor het eremetaal; Griekenland overleefde haar poule met een rendement van 6,06%, terwijl Kroatië juist ten onder ging met een rendement van 12,82%. Ook op basis van deze cijfers kunnen we dus concluderen dat dit WK helemaal níéts zeker is.
Nog geen reacties
Geef je mening Cancel