Sinds jaar en dag lopen er op de Europese velden topspitsen rond. In de jaren 70 scoorde Gerd Müller aan de lopende band bij Bayern München. Marco van Basten maakte zo’n 20 jaar later furore in Milaan en elke voetballiefhebber kent ‘El Fenómeno’. Anno 2014 lopen er nog steeds ware doelpuntenmachines rond in Europa. Maar wie van de huidige aanvallers is de beste?
Engeland, Duitsland, Italië en Spanje worden van oudsher gezien als de Europese voetbalwalhallas. Van deze vier competities is de Serie A inmiddels aan het afbrokkelen, maar dit wordt gecompenseerd door de opkomst van de Ligue 1. Clubs als AS Monaco en PSG zorgen middels kapitaalinjecties dat steeds meer topvoetballers richting Frankrijk trekken. In dit ‘spitsen’-onderzoek nemen we van de bovengenoemde vijf competities de drie topscorers. Immers, een aanvaller wordt in eerste instantie afgerekend op zijn doelpunten. In tabel 1 staan alle spelers geordend. Hierin is de Ivoriaan Yaya Touré de opvallendste naam. Hij speelt als centrale middenvelder het verste weg van het vijandelijk doel.
Doeltreffend
Cristiano Ronaldo en Luis Suarez hebben van de topschutters het meest gescoord. Beide spitsen hebben dit seizoen al 31 keer het net gevonden. Ronaldo had hier echter 245 minuten minder voor nodig. Ook zien we dat Mario Mandzukic evenveel doelpunten als Robert Lewandowski heeft gemaakt, maar dat de spits van Borussia Dortmund hier bijna tien uur meer voor nodig had.
Zoals de bovenstaande voorbeelden aangeven, zeggen doelpunten in absolute zin niet alles. Daarom zetten we in onze analyse het aantal goals om naar het aantal goals per 90 minuten. De overige variabelen drukken we uit in ofwel ‘per 90 minuten’ ofwel als percentage . Omdat een aanvaller in het hedendaagse voetbal meer moet zijn dan een afmaker, testen we op de volgende eigenschappen: goals per 90 minuten, assists per 90 minuten, schotconversie, gecreëerde kansen per 90 minuten, keypasses per 90 minuten en passconversie, succesvolle dribbels per 90 minuten.
Grafiek 1 laat de belangrijkste aspecten van een aanvaller zien. Hierin wordt productiviteit weergeven in het aantal goals en assists per 90 minuten. Efficiëntie wordt uitgedrukt als het percentage schoten dat uitmondt in een doelpunt.
Van de vijftien onderzochte spelers scoort Cristiano Ronaldo het meest. De Portugees maakt per 90 minuten 1,10 goals en blijft daarmee Lionel Messi (1,09) marginaal voor. Vincent Aboubakar en Adrián Ramos scoren het slechtst met respectievelijk 0,51 en 0,55 doelpunten per 90 minuten. Hoewel Adrián Ramos dubbel zoveel minuten nodig heeft voor een doelpunt als Ronaldo, is hij toch efficiënter. Van de 91 schoten die hij dit seizoen loste, werd 17,58% een doelpunt. Op de 216(!) schoten van Ronaldo, kon er 31 keer gevist worden. Dat is 14,35%. Deze variabele toont aan waarom Yaya Touré in dit onderzoek te vinden is. Als middenvelder scoort Yaya Touré 31,25% van schoten.
Lionel Messi, Zlatan Ibrahimovic en Luis Suarez geven per 90 minuten de meeste assists. Per volledige wedstrijd bereiden zij alle drie net iets minder dan 0,4 doelpunt voor. Het laagste moyenne wordt gehaald door Edinson Cavani. Dit seizoen werd er in 2298 minuten twee gescoord op aangeven van de Uruguayaan.
Meevoetballen
Grafiek 2 laat de meevoetballende kwaliteiten zien van de voetballers. Binnen de grafiek is te zien hoeveel kansen elke speler creëert per 90 minuten, hoeveel keypasses deze geeft per 90 minuten en hoeveel procent van de passes bij een medespeler belanden.
Als we naar het aantal assists in grafiek 1 kijken, zien we dat deze in grote lijnen gelijk loopt aan het aantal gecreëerde kansen en keypasses per wedstrijd. Robert Lewandowski en Luca Toni vormen een uitzondering hierop. Waar zij qua assists niet ver bovengemiddeld scoren, zien we in het aantal gecreëerde kansen en keypasses een duidelijke piek. De kroon wordt gespannen door Messi en Suarez. Zij creëren elke 90 minuten bijna drie scoringskansen. Carlos Tevéz draagt de rode lantaarn op dit vlak. Door zijn slordige passing – slechts 62% van zijn passes komt aan – geeft hij maar 0,76 keypasses per wedstrijd.
Dribbels
Grafiek 3 laat zien hoe gevaarlijk een speler met bal is. Messi is de absolute dribbelkoning. Met 5,24 succesvolle dribbels per 90 minuten blijft hij de concurrentie ver voor. Suarez, Lewandwoski en Adrián Ramos steken het hoofd ook boven het maïsveld uit. Zij passeren per wedstrijd ongeveer drie keer hun directe tegenstander. Ronaldo laat met 216 schoten zien dat hij vooral schietgraag is. Per wedstrijd dribbelt hij zijn tegenstander 2,34 keer voorbij. De minste succesvolle acties worden gemaakt door Cavani en Toni. Zij komen in 90 minuten voetballen ongeveer 0,7 keer hun man voorbij.
Conclusie
Van alle topscorers is Messi, op basis van statistieken, de meest complete aanvaller. De Argentijn scoort veel, staat aan de basis van veel kansen en is een-op-een een plaag voor zijn tegenstander. Als goede tweede komt Luis Suarez. De statistieken van Suarez volgen over het algemeen hetzelfde patroon als die van Messi, maar Suarez’ statistieken zijn net iets minder indrukwekkend.
Naast Messi en Suarez, presteren Ibrahimovic en Ronaldo ook buitengewoon goed. Ronaldo scoort ongelooflijk veel en geeft daarnaast ook veel assists. Ibrahimovic scoort 0,24 goal minder dan Ronaldo per wedstrijd, maar compenseert dit door vaker een kans te creëren.
Er zijn reacties op dit artikel
Laat reacties zien Hide commentsHaha altijd al geweten dat Messi de beste en meest complete aanvaller van dit moment is. Deze statistieken bevestigen dit.