Doelpuntenfestijn bij zonneschijn

In het voetbal draait het om het scoren van doelpunten. Zonder te scoren kan je niet winnen en zonder tegendoelpunten kun je nooit verliezen. Een sterker team met betere spelers zal gemiddeld over een seizoen gezien meer doelpunten maken dan een zwakker team, maar wat beïnvloedt het aantal goals tijdens een wedstrijd nog meer naast de sterkte van beide ploegen?
Doelpunten komen meestal voort uit fouten van de tegenstander en fouten worden gemaakt door vermoeidheid en externe factoren. Een van deze externe factoren zou het weer kunnen zijn. Bij regen is het veld nat, het zicht minder en kunnen spelers ook afgeleid raken. Bij hogere temperaturen zullen spelers sneller vermoeid raken, kan het veld erg stroef worden en zullen er meer supporters aanwezig zijn die eventueel weer invloed kunnen hebben op de motivatie van de spelers. Data van vijf seizoenen eredivisievoetbal is gebruikt om de invloed van het weer op het totaal aantal gemaakte doelpunten per wedstrijd te onderzoeken. Dit leidt tot een zeer interessante conclusie.

De data

Voor het onderzoek is gebruik gemaakt van de uitslagen van alle wedstrijden in de Eredivisie in de seizoenen 2008-2009, 2009-2010, 2010-2011, 2011-2012 en 2012-2013. Daarnaast zijn voor een zevental clubs deze wedstrijden gekoppeld aan een aantal weersvariabelen. Deze clubs zijn gekozen op basis van een zo kort mogelijke afstand tot een weerstation, zodat het weer dat dit weerstation meet zo goed mogelijk overeenkomt met het weer in het stadion tijdens de wedstrijd.

• Uurgemiddelde windsnelheid (in 0.1m/s)
• Hoogste windstoot (in 0.1m/s) over het afgelopen uurvak
• Temperatuur (in 0.1 graden Celcius) op 1.50 m hoogte tijdens de waarneming
• Duur van de neerslag (in 0.1 uur) per uurvak
• Uursom van de neerslag(in 0.1 mm) (0.05 voor <0.05 mm)
• Mist 0=niet voorgekomen, 1=wel voorgekomen in het voorgaande uur en/of tijdens de waarneming
• Regen 0=niet voorgekomen, 1=wel voorgekomen in het voorgaande uur en/of tijdens de waarneming
• Sneeuw 0=niet voorgekomen, 1=wel voorgekomen in het voorgaande uur en/of tijdens de waarneming
• Onweer 0=niet voorgekomen, 1=wel voorgekomen in het voorgaande uur en/of tijdens de waarneming
• IJsvorming 0=niet voorgekomen, 1=wel voorgekomen in het voorgaande uur en/of tijdens de waarneming

Naast de weersvariabelen bestaat de dataset ook nog uit de volgende variabelen:

• Speeldag, het nummer van de desbetreffende speeldag
• De dummy’s vrijdag, zaterdag, zondag en anders. Deze geven weer op welke dag de wedstrijd is gespeeld
• Aantal doelpunten thuisclub
• Aantal doelpunten uitclub
• Totaal aantal doelpunten

Het onderzoek

Aan het begin van het seizoen en zeker aan het eind van het seizoen wordt er meer gescoord. In deze maanden is het gemiddeld ook warmer dan in de tussenmaanden, dat is ook te zien in de volgende grafiek.





Na het analyseren van de dataset blijkt er een verband te zijn tussen het totaal aantal gescoorde doelpunten in een wedstrijd en de speeldag waarin een wedstrijd wordt gespeeld. Het blijkt dat aan het begin en aan het einde van het seizoen significant meer wordt gescoord dan in de koude wintermaanden. Dit kan worden verklaard door het feit dat aan het einde van het seizoen de prijzen worden verdeeld en sommige teams wel moeten waardoor wedstrijden opener worden en er dus ook meer doelpunten zullen vallen.
Daarnaast moeten teams aan het begin van het seizoen nog wennen aan elkaar en zullen teams verkeerd ingeschat kunnen worden. Wedstrijden zullen dan nog niet helemaal tactisch dood worden gemaakt omdat de teams elkaars sterktes en zwaktes nog niet kennen. Ook zullen de spelers zich willen bewijzen en zullen de spelers nog niet helemaal op elkaar ingespeeld zijn, waardoor onder andere centrale verdedigingsduo´s nog erg kwetsbaar kunnen zijn.
Om te onderzoeken of er een verband is tussen het aantal doelpunten in een wedstrijd en de temperatuur tijdens de wedstrijd moet dus rekening gehouden worden met het feit dat het én warmer is in het begin en het einde van het seizoen én dat er sowieso meer wordt gescoord aan het begin en het einde van het seizoen. Hiervoor wordt de temperatuurvariabele gecorrigeerd, door het verschil te nemen tussen de temperatuur en de gemiddelde temperatuur tijdens die speeldag in de vijf gebruikte seizoenen. Met deze aanpassing wordt er toch nog steeds een sterk significant verband tussen het aantal doelpunten in de wedstrijd en de temperatuur tijdens de wedstrijd gevonden.

“Bij ‘hogere’ temperaturen vallen er significant meer doelpunten.”

Als de temperatuur tijdens een wedstrijd 10 graden Celsius hoger is dan de gemiddelde temperatuur in deze speelronde, dan wordt er gemiddeld 0,48 doelpunt meer gescoord in de wedstrijd. Kortom, bijna een half doelpunt meer dan bij een ‘normale’ temperatuur tijdens die speelronde!
Naast de invloed van de temperatuur wordt er voor geen enkele andere weersvariabele een verband met het aantal doelpunten tijdens de wedstrijd gevonden. Daarnaast geldt dat voor de variabelen sneeuw, mist en ijsvorming de dataset te klein om er goede uitspraken over te doen.

Conclusie

Uit het onderzoek blijkt dat er bij hogere temperaturen tijdens een wedstrijd gemiddeld meer doelpunten worden gemaakt. Dit zou verklaard kunnen worden door het feit dat spelers sneller vermoeid raken als de temperatuur hoger is en goals worden in het algemeen gemaakt door fouten van de tegenstander. Vermoeide spelers zullen meer fouten maken en dus zullen er meer goals worden gemaakt.
Daarnaast zullen er bij hogere temperaturen in het algemeen meer toeschouwers naar het stadion komen en dit zou kunnen zorgen voor verhoogde motivatie en/of hogere druk bij de spelers waar ook weer meer goals uit zouden kunnen ontstaan. Verder onderzoek naar het tijdstip van gescoorde goals, het aantal toeschouwers bij een wedstrijd en verdere analyses zouden tot een goede verklaring van het gevonden verband kunnen zorgen.
Noot: Hier is het oorspronkelijke wetenschappelijk artikel te downloaden, voor de personen die nog meer de diepte in willen.

5/5 - (1 stemmen)