Op het eerste gezicht lijkt Manchester United een aardig seizoen door te maken. De ploeg van Louis van Gaal, Daley Blind en Memphis Depay staat op een keurige derde plaats van de ranglijst, scoorde twaalf keer en kreeg slechts acht goals tegen. Het is aan een collectieve offday in Noord-Londen te danken dat het elftal niet bovenaan staat. Toch is het statistisch gezien een wonder dat de Red Devils in de top van de Premier League meedraaien.
De data uit het artikel komt van Opta Sports en het Expected Goals-systeem van Paul Riley.
Schotconversie
De beste ploegen van de Premier League schieten over het algemeen ook het vaakst, maar Manchester United bungelt onderaan op de schoten-ranglijst. Die ploeg schoot dit seizoen pas 89 keer en alleen degradatiekandidaten Stoke City, West Bromwich Albion, Sunderland en Newcastle United schoten minder vaak. Ondanks dat United dit seizoen weinig schoot, trof de ploeg wel twaalf keer doel. Slechts vijf teams scoorden vaker.
Een rekensom leert dat de schotconversie van Man United (de verhouding doelpunten/schoten) 13,5% bedraagt. Gemiddeld levert één op de tien schoten een doelpunt op, dus United zit boven dat gemiddelde. Daarmee staat de ploeg derde op de conversielijst, achter Leicester City en West Ham United.
Opvallend is dat ManU vaak schiet van buiten het strafschopgebied. In totaal deed de ploeg 46 pogingen van buiten de zestien – meer dan de helft van alle schoten dit seizoen. Ter vergelijking: in absolute aantallen is dat evenveel als Arsenal (160 pogingen) en meer dan Southampton (128 schoten, 38 van buiten de zestien). Relatief gezien schoot alleen Watford met een percentage van 52,4% vaker van ‘out of the box’. Ondanks de vele pogingen, scoorde de formatie van Van Gaal nog niet van afstand.
Op basis van het aantal schoten tegen lijkt United meer op een topclub. Op stadsgenoot Manchester City na, incasseerde geen enkel team in de Premier League zo weinig doelpogingen als Manchester United (74). Het bezorgt de ploeg een TSR van 0,546 (aandeel schoten in wedstrijden van team X dat door team X gelost wordt). Daarmee staat het in de top van de Premier League.
Over het algemeen is TSR een goede graadmeter voor de prestaties van een team. Elftallen met een hoog TSR staan ook hoog op de competitieranglijst, terwijl teams met een relatief laag TSR zich in degradatienood bevinden. Toch zijn er vaak enkele ‘outliers’, teams die beter of minder presenteren dan ze zouden doen volgens hun TSR. Bijvoorbeeld elftallen die veel op goal schieten van buiten de zestien. Elftallen als Manchester United.
Expected Goals
Het team van Louis van Gaal maakte tot dusver twaalf doelpunten en incasseerde daartegenover slechts acht goals. Niet slecht, maar op basis van de grootte van de kansen is dit erg boven verwachting. Volgens de Expected Goals was een goalverhouding van 10,40 voor en 10,18 tegen een betere afspiegeling geweest. Anders gezegd: Manchester United maakte ruim twee goals te veel (dan je zou mogen verwachten) en incasseerde er twee te weinig.
In de eerste acht speelrondes van het seizoen kende Manchester United een shot difference van bijna 2%. Het shot difference is het verschil tussen de werkelijke en de te verwachten schotconversie. Op basis van de Expected Goals verdienen de Red Devils een schotconversie van 11,7% (10,40 expected goals uit 89 schoten), maar de ploeg heeft in werkelijkheid een rendement van 13,5% (12 doelpunten uit 89 schoten). Een shot difference van 1,8% dus, wat inhoudt dat de afwerking van Manchester United 1,8 procentpunt beter is dan verwacht.
Ook de save difference – het verschil tussen de verwachte en werkelijke conversie van schoten tegen – is enorm. Geen team in de Premier League kan tippen aan de 3% van het elftal van Louis van Gaal. De afwerking van de tegenstander van United is gemiddeld dus drie procentpunten minder dan verwacht. Mede door missers als deze is de save difference van United zo hoog.
Geluk
Is het mogelijk om de twee verschillen (shot difference en save difference) in één cijfer uit te drukken? Ja, dat kan met de term PDO difference. PDO is een term uit de ijshockeywereld die laat zien hoe een team omgaat met schoten voor en tegen. Als een ploeg een hoog rendement heeft en de tegenstander een lage conversie, zal het elftal een hoge PDO-score hebben. De PDO is te berekenen met een formule die uitgaat van schoten voor en tegen en gemaakte en geïncasseerde doelpunten.
Uit onderzoek is gebleken dat het benutten van kansen vooral een kwestie is van geluk en niet van kwaliteit. Toch is de PDO-score geen goede graadmeter van geluk. Immers, een ploeg die veel van afstand schiet, zal over het algemeen weinig doelpunten maken, omdat schieten vanuit die positie weinig succesvol is. Daarom wordt de PDO-score gecorrigeerd met de verwachte PDO-score (ExpPDO). In plaats van de werkelijke doelpunten, gaat de ExpPDO uit van de verwachte doelpunten. Na deze correctie blijft de PDO difference over. Grofweg gezegd is dat het geluk of de pech dat een team heeft.
Zoals eerder bleek, schoot Manchester United dit seizoen 89 keer en kreeg de ploeg 74 schoten tegen. Dat resulteerde in een een doelsaldo van 12-8 (PDO: 1026,7). Een doelsaldo van 10,40-10,18 (ExpPDO: 979,3) was volgens de Expected Goals-theorie meer op zijn plaats. De PDO difference van Manchester United bedraagt 47,4. Dat betekent dat de afwerking van United boven verwachting is en de ploeg geluk gehad heeft.
De afwerking is Manchester United erg goed gezind dit seizoen. De ploeg scoorde zoals gezegd ongeveer twee maal teveel en incasseerde twee doelpunten te weinig. Om hierbij een voorstelling te geven: de ploeg zet moeilijke kansen om in een doelpunt, terwijl de tegenstander eenvoudige mogelijkheden juist mist. Daardoor valt het ExpPDO lager uit dan de werkelijke PDO-score. Het levert de ploeg een hoog PDO-verschil op. Alleen West Ham United scoort een hogere PDO difference.
De verwachting is dat het voordeel van Manchester United in de loop van het seizoen zal verdwijnen. Dat heet ‘Regression towards the mean’. De afwerking wordt minder, de tegenstander gaat makkelijker scoren en het positieve verschil verdwijnt vervolgens. Wat de gevolgen voor de ranglijst zijn, gaat de toekomst uitwijzen. Hoewel het seizoen nog niet lang op weg is, kunnen we alvast één ding concluderen: op basis van de kwaliteit van de kansen is Manchester United op het moment slechts een Engelse middenmoter.
Er zijn reacties op dit artikel
Laat reacties zien Hide comments“Dat heet ‘Regression towards the mean’. De afwerking wordt minder, de tegenstander gaat makkelijker scoren en het positieve verschil verdwijnt vervolgens. ”
Je bedoelt: “het positieve verschil wordt (waarschijnlijk) kleiner”. Het verdwijnt waarschijnlijk niet. De verwachtingswaarde van het PDO-verschil blijft namelijk positief, omdat de uitgangspositie positief is. Klassieke fout in de interpretatie van “Regression towards the mean”.